Onlangs verscheen het boek Het geheim van Jezus van Nazaret van de beroemde publicist en psychotherapeut Eugen Drewermann. Drewermann is uitermate boeiend, omdat hij een verband weet te leggen tussen vormen van religie en levensbeschouwing, die niet zijn verbonden aan autoritaire instituten en de wereld van de psychologie. ‘Als dat zo zou zijn stelt ze zich niet open voor de toekomst en is er geen zinvolle dialoog met de cultuur. Gelukkig is religie is verbonden met het innerlijk van de mens,’ zo betoogt Drewermann, die de verhalen uit de wereld van Oude en Nieuwe Testament beschrijft als verhalen ter ‘inwijding van de menselijke ziel’. Als psycholoog verbindt hij de verhalen uit het Eerste en Tweede Testament met de weg van de reizende mens naar de Middenkamer.
‘De kerken voelen zich bedreigd als de mensen hun eigen vrijheid ontdekken, als ze mondig worden. En dat is nu net wat de psychotherapie wil: mensen moeten hun persoonlijkheid ontplooien kunnen. En daarbij gebruikt de psychotherapie de wereld van religie als een belangrijk hulpmiddel. Er is geen psychotherapeut die het begrip religie tegenwoordig niet ziet als verbonden met het wezen van de mens.’
Herinneringen
Er zijn in Drewermanns leven drie herinneringen die bepalend zijn geweest voor de rest van zijn leven. De eerste stamt uit zijn jeugd. In 1944/45 werd Duitsland voor 80 % vernietigd als gevolg van de wandaden van de Nazi’s. De tweede was de permanente aanwezigheid van de Muur als scheidslijn tussen mensen. Maar gelukkig kan elke muur een andere rol krijgen. De vraag hoe mensen zover komen dat ze elkaar vernietigen, heeft hem nooit meer losgelaten. ‘De vraag hoe je de oorlog kunt vermijden werd de belangrijkste vraag in mijn leven. Ik heb later – als theoloog – de boodschap van Jezus vanuit dit perspectief geïnterpreteerd. Hij heelt de mensen van de waanzin van hun angst en leert ze het vertrouwen dat goedheid en openheid mogelijk zijn. Het pantseren van je karakter, maar ook fanatisme en ideologieën helpen de mens niet verder.’
Mededogen
Vervolgens heeft het werk van Albert Schweitzer heeft op 14-15 jarige leeftijd een diepe indruk op hem gemaakt. ‘Zijn universele mededogen met de levende schepselen fascineerde me. Het heeft me de ogen geopend voor de waarden pacifisme en ecologie.’ Drewermann ging zich bezig houden met de psychoanalyse. ‘Ik heb al snel – als priester in de RK-kerk – gemerkt, dat je de mensen niet werkelijk begrijpen kunt zonder de psychoanalyse. Een groot deel van mijn huidige werk wordt ingenomen door psychotherapeutische gesprekken. Ik ben momenteel zowel bezig met het uitleggen van sprookjes als van de bijbelse verhalen. Ik heb daar inmiddels meer dan vijftig boeken over geschreven. Ik ben blij dat men veel in het Nederlands vertaald heeft en men ze blijkbaar graag leest.’
Peetoom
‘Ik ben met Nederland verbonden via een Hollandse peetoom. Nederlanders zijn verstandige mensen. Ik meen dat serieus. Het kleine Nederland toont in diverse politieke vraagstukken vaak meer menselijkheid en flexibiliteit dan het grote Duitsland. Of het nu om asielvraagstukken gaat of om stervensbegeleiding, abortus of drugsbeleid: op al deze gebieden heeft Nederland een menselijker en acceptabeler oplossing gevonden. Duitsers zijn te theoretisch. Ze blijven vaak steken als het gaat om de praktische uitvoering.’ Maar hoe ervaart Drewermann het om in dat zelfde Duitsland te werken sinds hij niet meer werkzaam mag zijn in zijn kerk? ‘Die geschiedenis is eigenlijk helemaal voorbij. Ik besta niet meer voor de Rooms-katholieke Kerk. Althans niet voor de bisschoppen, de katholieke media, journalisten, opleidingsdirecteuren. Je kunt natuurlijk als een klein kind je handen voor je ogen houden om niet te zien wat je niet zien wilt, maar daar is het probleem niet mee opgelost. Zo lossen de bisschoppen het probleem op. Ik besta niet. Maar de basis is zeer geïnteresseerd’.
Priesterlijk
Ook Albert Schweitzer zag een spanningsveld tussen de boodschap van Jezus en de autoriteit van de kerk. Het is soms net alsof de kerken de boodschap niet willen begrijpen. ‘Ik vrees dat u gelijk heeft. Jezus wilde dat de mensen leerden vertrouwen op wat hij zijn Vader noemde. Op een manier die de mensen dichtbij God laat zijn. De katholieke kerk is zeer priesterlijk gestructureerd. Priesters leven van de angst die de mensen voor God hebben. De opvatting dat priesters bemiddelaars van het heil zijn komt voort uit de gedachte dat mensen schuldig zijn voor God. Het gevolgen is dat de priesters deze angst in stand houden, een angst die ze eigenlijk zouden moeten wegnemen. De kerk doet dus niet wat de mensen nodig hebben, ze doet ook niet wat Jezus heeft gewild. Iedereen kan zien dat we in 2000 jaar tijd niet dichter bij de Bergrede zijn gekomen, we hebben ons ervan met zevenmijlslaarzen verwijderd. In de vierde eeuw heeft de kerk, toen zij moest kiezen tussen de Joodse Messias en de Romeinse Keizer, duidelijk partij gekozen voor de laatste. Wat de kerk wil is te laten zien dat in de figuur van de Paus zowel de Messias als de Keizer worden verenigd. Maar dat gaat niet.’
Ramp
Ook Schweitzer vroeg zich dat af wie Jezus werkelijk was. ‘Schweitzer staat synoniem voor de tragedie van het historisch-kritisch onderzoek van de bijbel. Hij heeft het als een ramp ervaren dat men de boodschap van Jezus niet kan reconstrueren. Hij trok daaruit de conclusie dat we op zijn minst kunnen doen wat Jezus wil, als het niet mogelijk is te weten wie hij was. Maar de bijbel is heel goed te verstaan als je haar manier van uitdrukken begrijpt. Ze wil in de eerste plaats geen historische informatie geven. De religieuze taal wil ervaringen van mensen duiden met behulp van beelden en symbolen. Daarbij staat ze dicht bij de mythen en legenden. De psychoanalyse helpt me om de bijbel in haar eigenheid te begrijpen. Daarmee is het historische probleem opgelost. Het helpt ons weinig om te weten wie Jezus historisch was. Het is belangrijker om te weten hoe men hem ervaren heeft dan precies te weten welke woorden hij exact gezegd heeft. Het kan ons helpen om hem in ons eigen leven opnieuw te ervaren. De beelden en symbolen helpen ons om de verhalen van destijds te begrijpen in het hier en nu. Om ze in het eigen leven waar te nemen en waar te maken. Religieus gezien is waar-nemen en waar-maken hetzelfde.’
Actueel
Dat klinkt allemaal prachtig, maar is het mogelijk om Jezus in het hier en nu te ervaren? ‘De belangrijkste woorden van Jezus in het NT zijn de woorden: Je geloof heeft je gered. Deze boodschap is actueler dan ooit. Albert Camus zei: De achttiende eeuw is het tijdperk van de fysica(Newton), de negentiende eeuw is de tijd van de biologie (Darwin) en de twintigste is de eeuw van de angst. In de leer van de kerk wordt het begrip geloven op zijn Grieks uitgelegd: het vasthouden aan een onbewijsbare inhoud. Bij Jezus betekent geloven vertrouwen hebben. Vertrouwen overwint angst. Dat is de macht van Jezus om zieken te genezen. Als Jezus het over God heeft, verdwijnen de psychische moeilijkheden en lost de menselijke vervreemding vanzelf op. Hij geeft de mensen de moed zelf verder te gaan, te zien, te spreken.’
Speurtocht
De wereld van de religie en de psychologie hebben het nooit met elkaar kunnen vinden. Carl Gustav Jung is nooit begrepen in zijn speurtocht naar samenhang. ‘De theologen begrijpen hem niet. Ik wordt er ook van verdacht Jungiaanse psychologie te bedrijven. Dat is voor die kringen zoveel als Gnosis en moet dus afgewezen worden. Feitelijk sta ik dichter bij de school van Freud in zijn kritiek op de kerk. Freud heeft aangetoond dat de (R.K.-) kerk de mensen eerder neurotiseert als helpt: de dwangsystemen in haar dogmatiek, de verplichting tot eenheid van mening onder een onfeilbare leer, de onderdrukking van de dialoog aan de basis. Freud heeft de kerk in de jaren dertig met het militaire apparaat vergeleken. In deze zin heb ik me ook over de clerus uitgelaten.’
Gnosticus
Maar hebben uw critici geen gelijk als ze beweren dat bij Drewermann simpelweg wordt vervangen door psychoanalyse? ‘Nee, de meeste theologen hebben angst om gevoel te hebben, om de bijbel met menselijke gevoelens te verbinden. Er is geen exegeet die de droom van gisteren van een hunner studenten zinvol kan uitleggen, maar men is wel in staat om de dromen van God in de Bijbel uit te leggen. Dat vind ik bizar. Daarom ben ik niet ook zomaar een gnosticus. God is oneindig anders dan de mens. We kunnen temidden van een niet-menselijke natuur onze menselijk vinden en bewaren.’
Iemand die met liefde over Jezus praat, zoals u, kan gemakkelijk anti-judaisme worden verweten? ‘Ik gebruik hem niet tegen zijn eigen volk. Want dat vindt ik bizar en absurd. De boodschap van de man uit Nazareth, de Jood Jezus, wordt door het gevestigde christendom misbruikt om zijn eigen volk voor de voeten de gooien dat het niet aan de Messias gelooft. Elke jood zou zeggen: als de Messias komt, is dat het einde van de wereld. De christendom is voor hen het bewijs dat er nog niets verandert is. Van Circus Maximus tot Auschwitz is het alleen maar erger geworden. Gandhi heeft gelijk als hij zegt dat er geen christendom geweest is in het Westen, anders waren er niet de verschrikkelijkste oorlogen gevoerd. We vieren het Avondmaal, het Pascha van de joden, maar geen jood mag eraan deelnemen. Dus Jezus zelf zou, als jood, worden geweigerd. We hebben van een open hemel een premiesysteem van orthodoxie en moralisme gemaakt. Mensen worden niet samengebracht, maar gescheiden. Men heeft van God een lokaal ideologisch afgodje gemaakt.’
Mannelijk
Feministen zeggen dat u te mannelijk praat en redeneert? Drewermann: ‘En anderen zeggen weer dat het hun ergert dat er bij mijn voordrachten alleen maar vrouwen komen. Ik denk dat vrouwen beter in staat zijn om de boodschap te begrijpen dan de vertegenwoordigers van het patriarchaat. Het gaat erom mensen zonder vooroordelen mens te laten zijn. Dat doet elke vrouw bij de geboorte van haar kind. Wezenlijk is de vreugde dat een mens op de wereld komt. Daarna komt de rest. Het mannelijke godsbeeld wordt te vaak gekoppeld aan verdiensten en inspanningen, beloningen en straf, gerechtigheid en wraak. Jezus wil dit soort ‘vroomheid’ overwinnen omdat het de mensen onderdrukt en met angst vervuld. De patriarchale religie is in de kern dan ook ambivalent. Men wil God vinden, maar men is bang. Men brengt offers, maar men weet zich nooit geaccepteerd. Men blijft afhankelijk van priesters. Jezus zou eerder een matriarchale religie gewild hebben.’
Waarheid
Dat zegt u nu wel, maar heeft Jezus überhaupt een kerk of een christelijke religie gewild? ‘Hij heeft gezien hoe de leer van de priesters, ook in zijn tijd, veel mensen uitsloot. Hij trok zich het lot aan van de armen die dachten dat God geen belangstelling voor hen had. Hij liet de vertwijfelden zien wat vergeving is. Hij heeft er vervolgens geen theologie van gemaakt, maar een levenshouding. Dat was provocatief, revolutionair, spectaculair en werd door velen als scandaleus ervaren. Hij wilde het geloof van zijn tijd op een profetische manier hervormen. Maar hij heeft nooit aan een nieuwe religie gedacht. Hij wilde vrijheid, geen georganiseerd geloof. Men verraad de religieuze waarheid wanneer men haar organiseert.’